Tip
Een tip of adverteren? Neem dan contact op met info@persbureau-ameland.nl.
Gemeente koopt De Kronkel
BALLUM – Gemeente Ameland heeft De Kronkel in de Ballumerbocht gekocht. Het pand met geschiedenis en het terrein liggen er al jaren verwaarloosd bij en nu gaat de gemeente daar wat aan doen. Of de Reeweg 3 gebruikt gaat worden door de gemeente zelf is nog niet duidelijk. Het terrein sluit wel mooi aan bij de opslag van de gemeente in de Ballumerbocht. Ameland trekt 185.000 euro uit voor aankoop, kosten koper en opruimen van het terrein en sloop van het gebouw. Bij de sloop is het verwijderen van asbest inbegrepen.
De Kronkel
Relaas van een herinnering
Door Frans Kappenburg
52 jaar na de start van de nog steeds legendarische discotheek annex popcentrum De Kronkel valt het doek voor dit bijzondere gebouw.
Direct naast de haven in de Ballumerbocht bouwde boer Bote Smid uit Nes in de vijftiger jaren een garnalendrogerij.
Garnalen werden in de getijdenhaven aan wal gebracht en tot veevoer gedroogd in de tweekappige schuur van rode bakstenen.
In de jaren zestig sloot de garnalendrogerij en werd het een winterstalling voor caravans en tenten.
In de zomer van 1967 waren een vijftal vrienden uit Groningen op vakantie op Ameland. Dit was in de tijd van de bromnozems en de opkomst van het piratenschip radio Veronica. Op Ameland was niet erg veel te beleven voor de babyboomers. Tegenover de toren in Nes was de koffiebar van Johan Hengst en dat was het zo ongeveer. Dus ’s avond met z’n allen naar het strand om daar fikkie stoken en om met een gitaar en slechte wijn rondom een kampvuur de puber uit hangen.
Al snel werden we aangesproken door de politie en kregen we te horen dat een vuurtje stoken op het strand uit den boze was. In alle serieusheid, er moest eerst een vergunning worden aangevraagd, zodat eerst de scheepvaart kon worden gewaarschuwd en deze wist dat dit vuurtje geen vuurtoren was maar een verzetje van de jeugd en dat de schepen vooral op koers moesten blijven om een stranding te voorkomen. Hoe bedenkt je het! Maar het was dan ook 1967. Wij vonden dit natuurlijk de grootse kolder en de volgende dag was er weer vuurtje. Met gierende banden kwam de politiejeep over de duinovergang en in de persoon van de opper wachtcommandant Kalverda werd er ingegrepen. De bandeloze jeugd werd tot de orde geroepen en het vuur moest worden gedoofd. Ook de jeugd van toen was behoorlijk mondig en ging al snel in discussie met Kalverda. Deze vroeg zich af waarom wij zo ongehoorzaam waren. Wij gaven aan dat er op Ameland te weinig vertier was voor onze jeugd en dat we daarom dit soort dingen uitspookten. Kalverda vroeg wat we dan misten en al snel noemden we de naam van een popcentrum op Texel, Sarasani genaamd. Tegenwoordig zou je zoiets een hotspot noemen, want iedereen in onze omgeving, ook al waren ze er zelf nog nooit geweest, sprak erover.
Zoiets moest er ook op Ameland komen. Kalverda spitste zijn oren en suggereerde dat we dat zelf gingen organiseren. Hij wist ook nog wel een geschikte ruimte in de Ballumerbocht, de oude garnalendrogerij van Bote Smid. Twee vliegen in één klap, de bromnozems uit het dorp (er was inmiddels al een brommerverbod in de avonduren) en de jeugd lekker ver weg uit de bewoonde wereld. De vijf vrienden gingen aan de slag en zaten de volgende dag al bij burgemeester Siderius. Als jonge broekjes vonden we dat natuurlijk erg interessant. De burgemeester zegde alle medewerking toe en over vergunningen werd niet gerept. Boer Smid was bereid de schuur zomers te verhuren, mits de caravan er ‘s winters maar weer in konden.
En toen gingen we aan de slag met ons jeugdhonk op Ameland. De naam was snel gevonden, De Kronkel, de slinger in de zeedijk vonden wij wel van toepassing.
Maar toen kwam het. De studies aan de wal, ik werkte al, werden weer opgepakt en het gewone leven ging door. Zodra we even tijd hadden bouwden we aan onze plannen en zagen we de mooiste visioenen. Maar hoe organiseer je nu dit alles? Niets stond ons in de weg!
De één zou loodgieten, de ander zou het elektra voor zijn rekening nemen en er was ook nog wel een timmerman. Ook de muziek die er te horen zou moeten worden gebracht werd uitvoerig besproken.
Tegenwoordig noem je dat een ondernemingsplan, wij deden dat gewoon uit de losse pols.
Toen het voorjaar naderde en in de paasvakantie de opbouw moest gebeuren wisten we nog niet hoe we dit alles gingen betalen. De begroting was enorm: 3.500 gulden. Toen het puntje bij paaltje kwam had iedereen wel iets gespaard van zijn zakgeld maar dat was bij lange na niet voldoende. Ik was toen al aan het werk als leerling kok en had een klein buffertje. Mijn opa Frans de Wolf, waar ik naar ben genoemd, wou de rest wel voorschieten. Ik bleef er wel zelf voor verantwoordelijk. Dus toen dacht ik bij mijzelf: ‘Als ik dan toch de risico’s loop, waarom doe ik het dan ook niet voor mijzelf?’
De vrienden waren al lang blij en zo werd ik op mij achttiende ondernemer op Ameland. Het kostte mij nog wel een strijd met mijn vader, want hij was nog steeds verantwoordelijk voor zijn minderjarige zoon.
De vrienden bleven de vrienden en uiteindelijk opende De Kronkel in juni 1968 haar deuren. Inmiddels weet ik dat een opening de nodige hectiek met zich meebrengt en dat was toen niet anders. Alles moet op het laatste moment nog even tot in de puntjes worden geregeld. Nog een kwastje hier en een kwastje daar. Toen de bezoekers na de opening thuiskwamen hadden ze gekleurde knieën. De verf op de bar was nog niet droog!
De opzet van De Kronkel was vijf avonden discomuziek en twee avonden een live band.
Voor de eerste avond hadden we ‘de Veronica Drive Inn Show’ geboekt.
Breed aangekondigd hingen de pamfletten op de toen nog houten elektriciteitspalen en op de ramen van de lokale middenstanders. Echter een paar uur van te voren kregen we te horen, toen nog via een telefooncel, dat er iets mis was gegaan met de reservering van de boot. Hals over kop werd er een andere band gecharterd, een band die hun apparatuur ook zonder auto konden meebrengen. Uiteindelijk, na een hoop stress, stond er om acht uur een dijk van een orkest op het podium. Ik ben de naam vergeten. Het was een groot succes. Wij hadden geschat dat er hooguit 200 bezoekers in De Kronkel pasten, maar uiteindelijk verkochten we die avond meer dan 350 entreekaarten.
Euforie! Al snel ging de frequentie van de live bands omhoog naar vier per week. Het seizoen was kort, hooguit negen weken waren we geopend, dus we probeerde er alles uit te halen. De Kronkel was een groot succes.
In de vijf seizoenen dat De Kronkel mijn bedrijf was kwamen alle grote bands voorbij. Bezoekersaantallen tot achthonderd personen waren geen uitzondering.
Cuby met Herman Brood, de Golden Earrings ( toen nog met een s), Shocking Blue en BZN, maar ook de Dizzy Man’s Band, het huisorkest van De Kronkel met de nog steeds vaak gedraaide hit ‘Let's go to the beach’, een hit geïnspireerd op Ameland. Dit waren slechts een paar van de vermaarde artiesten die in de Kronkel furore maakten.
En nu wordt dit pand waar dit allemaal plaatsvond gesloopt. Van De Kronkel, het popcentrum van weleer, rest slechts een herinnering.
In 2008, veertig jaar na de opening, heeft nog een geweldige reünie plaatsgevonden. De meeste deelgenoten van het eerste uur waren aanwezig en Cuby en de BZN waren nog even vermaard.