Tip
Een tip of adverteren? Neem dan contact op met info@persbureau-ameland.nl.
Column – ‘Onverdeeld naar het openbaar onderwijs’

HOLLUM – De zesde column van dit jaar is een lange. Het gaat over het onderwijs op Ameland, een onderwerp dat me na aan het hart ligt. Ik kondig erin aan mijn Zwarte Pietenpet op te eten als ik er naast zit, maar ik denk, weet eigenlijk wel zeker, dat het zover niet komt. Wat 'open kaart' wordt genoemd, is niet anders dan pokeren, waarbij wordt gewonnen èn verloren.
'Onverdeeld naar het openbaar onderwijs'
‘Onverdeeld naar het openbaar onderwijs.’ Daar stond mijn vader voor en dat affiche hing vroeger bij ons voor het raam. Hij zat jarenlang in wat toen de ‘oudercommissie’ heette en toen hij vijfentwintig jaar had vol gemaakt mocht ik een mooie ketting met vijfentwintig zilverkleurige bolletjes maken. Die kreeg hij op een vergadering uitgereikt en omgehangen. Mijn vader liep ook altijd op het schoolplein bij het hoofd van het paard van Sinterklaas. Hij had dus wat met het openbaar onderwijs en ik heb er ook wat mee. Dit dus en het feit dat ik mijn schoolloopbaan in het kleuterschooltje aan de Schoolstraat in Hollum begon en ik op de lagere school bij juffrouw Bloem, juf Akkie, meester Pot en meester Huppes in de klas zat. Later speelde ik er Zwarte Piet en nog weer later koos ik De Schakel als school voor mijn dochter en zat ik in de bestuurscommissie (BC) van het openbaar onderwijs op Ameland, OPO Ameland. Ik nam een paar jaar geleden afscheid omdat ik ook over het onderwijs wilde publiceren en dat gaat zo moeilijk als je zelf in een bestuur zit. Dus trad ik terug, na een periode waarin van alles gebeurde, waar knopen werden doorgehakt, waarin er sessies waren met het onderwijzend personeel en waar problemen het hoofd werden geboden. De betrokkenheid van de bestuursleden was fantastisch, de samenwerking schommelde tussen 'kan beter' en 'geweldig' en het resultaat was niet altijd zoals je het hebben wilde. Als bestuur, heb ik wel ontdekt, ben je vele uren doende, om niet met de dagelijkse praktijk in de klas bezig te zijn, maar met de structuur, het overkoepelende beleid en de financiën. Iemand moet het doen en iemand moet verantwoordelijk zijn, waarbij de directeur verantwoordelijk is voor een goede gang van zaken op beide scholen die het openbaar onderwijs op het eiland verzorgen. Daar zit gekwalificeerd personeel met twee locatiecoördinatoren die een goede en leergierige sfeer voor de kinderen creëren. Daarboven zit de bestuurscommissie, ingesteld door de raad, met de burgemeester als portefeuillehouder onderwijs.
Vanuit die geschiedenis met het openbaar onderwijs op Ameland volg ik de scholen. Ook de Kardinaal de Jongschool en de Wilhelminaschool. Nu rommelt het op de openbare. Die andere scholen rammelen ook op hun tijd. Kinderen worden gepest, leerkrachten zitten ziek thuis. What’s new. Wat nieuw is, is dat de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR) van de openbaren, de adviserende vertegenwoordigers van ouders en personeel, een kwestie in de openbaarheid gooiden om vervolgens de deur dicht te klappen en weinig meer prijs te geven. De GMR stuurde een brief naar de gemeenteraad, die tot tweemaal toe op een openbare agenda kwam. Onder het mom van ‘openheid’. Leer mij de mensen kennen die luid “openheid” roepen en vervolgens niets meer zeggen. Dat zijn de mensen die gewapend met rugzakken vol hamers en zagen naar hun werk en vergaderingen gaan om daar, in plaats van open en eerlijk kwesties te bespreken, poten onder stoelen vandaan zagen en op koppen slaan totdat die het (bijna) begeven. Omdat ze hún zin willen krijgen. ‘Negatief,’ staat er vet. Er wordt negatief advies gegeven op het voorgenomen besluit van de BC betreffende de structuur. Waar het precies over gaat en waarom het advies negatief is, legt de GMR in de brief niet uit. Wel volgt een heel epistel over de procedure die gevolgd kan worden. Dat is niet de procedure van overleg. Nee, de GMR laat zich adviseren door de AOB. Nou, als de bond erbij komt dan weet je het wel. Dat wordt narigheid en ellende, kost vast en zeker veel tijd en ook geld.
Structuur, dus. Ik heb met betrokkenen van alle geledingen in deze kwestie gebeld en gesproken en daaruit komt een structuur tevoorschijn van een parttime directeur, met op elke school een locatiecoördinator. Dat is geen nieuwe structuur, ware het niet dat de twee scholen in Hollum en Ballum voorheen samen een eigen parttime directeur hadden. Maar die ging met pensioen en toen kwam er een nieuwe parttime directeur, die tevens deeltijd directeur is van de openbare school voor voortgezet onderwijs op het eiland.
Moet kunnen, zou je denken, voor de twee schooltjes van samen 110 leerlingen. Dat moet een parttime directeur toch kunnen handelen. De oren en ogen vormen de locatiecoördinatoren en de handen en voeten het onderwijzend personeel. Zit stevig in elkaar, die structuur, en als iedereen het werk doet waar hij of zij voor is aangesteld en bij op- en aanmerkingen de lijn van de organisatie volgt, dan loopt dat als een trein. Maar nee. De GMR wil een eigen directeur voor het OPO en dat moet bij de Geschillencommissie bevochten worden.
Nu gaat de energie naar het konkelfoezen, het schrijven van brieven en het houden van een informatieavond voor ouders en personeel. Zonder dat de mensen van de BC daarbij aanwezig mogen zijn. Ik eet mijn Zwarte Pietenpet op als het “echt open kaart spelen” niet de farce van het jaar is. Dat kan niet anders als je een informatieavond houdt zonder daar de andere kant van het verhaal bij te betrekken. Daar hadden de BC en de GMR de handen ineen moeten slaan om in één keer de hele kwestie uit de doeken te doen en de ouders volledig, maar dan ook echt volledig, te informeren. Immers: “het gaat om jullie kinderen”.
Onverdeeld naar de openbare school? Het spijt me verschrikkelijk, pappe, maar het ziet er naar uit dat er meer verdeeldheid is dan ooit. Zou jij je acht kinderen naar de school hebben gestuurd waar in plaats van de pen en het krijtbord (inmiddels digibord), stiekem de zaag en hamer worden gehanteerd? Of zou je enkele betrokkenen een flinke schop onder de kont hebben gegeven, zoals ik ooit, één keer, een schop onder mijn kont van jou kreeg? Toen wij onder de bosrand op het land bezig waren en ik voor jou een extra hooivork moest halen bij Oene, die op de Yme Dune aan het werk was. Ik had er absoluut geen zin in en liep mokkend traag de Bosweg af. Tot jij, getergd, me achterna kwam op de fiets en me, al fietsend, een opsodemieter met je voet verkocht. Daarna wilde ik wel lopen. Ik was geschrokken en schaamde me ook een beetje. Dat ik zo kinderachtig was geweest in plaats van mijn vader te helpen op een drukke hooidag.
Jeanet F. de Jong