Tip
Een tip of adverteren? Neem dan contact op met info@persbureau-ameland.nl.
Miranda van Esseveld ‘Als ik weer wegga heb ik altijd buikpijn’
In de rubriek ‘Verliefd op Ameland’ praten we met mensen die hun hart verloren zijn aan het eiland of aan iemand op het eiland. Mensen die voor de liefde naar het eiland zijn gekomen of mensen die uit liefde voor het eiland elk jaar weer terugkeren. Vandaag vertelt Miranda van Esseveld (52) over haar liefde voor Ameland, waar zij hoopt ooit te wonen.
‘In de jaren ’60 werkte mijn tante Jannie, de zus van mijn vader, in de jeugdherberg op Ameland. Zij is daar blijven hangen en uiteindelijk getrouwd met ome Herman, een Amelander. Zij woonden in een van de kleine grijze huisjes onder de vuurtoren. In 1972, ik was nog maar een jaar oud, kwam ik daar voor het eerst. We logeerden elke zomer bij mijn oom en tante, tot mijn 14e verjaardag. Eerst onder de vuurtoren, later in de Eeuwe de Vriesstraat.’
Vers gebakken vis
‘Ik heb heel veel mooie herinneringen aan die zomers op het eiland. Mijn oom had een boot op het Sûd-West liggen. Om daar te komen moest je over het prikkeldraad klimmen. Samen met mijn vader en broer ging ik dan varen en vissen. De vis die we mee terugnamen werd door mijn tante gebakken en smaakte heerlijk. Ik speelde eindeloos met mijn nichtjes en vond vooral het paardrijden op het eiland geweldig. Wat ik me ook nog goed kan herinneren is dat de paardenreddingsboot destijds nog uitging als er een boot in nood was. De fluit van de melkfabriek aan de Fabrieksweg ging dan af, en dan kwamen de boeren van alle kanten, op de fiets of rennend, met hun paarden. Wij gingen dan met zijn allen op de fiets, en mijn oom op de brommer, achter de reddingsboot aan. Dat vond ik helemaal geweldig.
Als ik weer naar huis moest vond ik dat vreselijk en had ik direct heimwee naar Ameland. “Later ga ik op het eiland wonen”, zei ik altijd.’
Mijn leven speelt zich voor een groot deel af op Ameland
‘Dat is er helaas nog niet van gekomen. Al hoop ik wel dat het ooit nog waarheid wordt. Ik ben er ook al wel een beetje mee bezig geweest en het zit steeds wel in mijn hoofd. Maar vooralsnog is het nog niet gelukt. Ik werk in de zorg en zou wel op Ameland willen werken. Men wilde mij ook wel graag in het team hebben, maar het heen en weer reizen is iets te onhandig. Toch blijft het wel een serieuze wens.
Mijn leven speelt zich dan ook voor een groot deel af op Ameland. Vorig jaar ben ik er iedere maand geweest. Dat wil ik ook dit jaar doen. Ik ken veel mensen op Ameland, vooral in Hollum. Dan ga ik bij mijn tante Janny en nicht Irma langs en ook bij mijn vriendin Rinske en andere bekenden. En ik roei met de roeivereniging mee. Dat is niet te vergelijken met even roeien op een roeiapparaat in de sportschool. Ik ben nu een paar keer meegevaren op de Waddenzee en het is behoorlijk indrukwekkend. De laatste keer was in oktober, toen werd het donker en het waaide. Dat was loeizwaar, maar heel bijzonder.’
Vakantiegevoel én thuiskomen
‘Ik ga veel alleen naar het eiland. Soms ook wel samen met mijn vriend of mijn kinderen. Ook neem ik mijn vader weleens mee. Die was heel lang niet op het eiland geweest omdat mijn moeder ziek was, en hij het vervelend vond om haar achter te laten. Zij is twee jaar geleden overleden en sindsdien heb ik hem drie keer meegenomen. Maar ik vind het ook wel heel fijn om alleen te gaan. Dan ga ik fietsen of wandelen en ben ik zo vier of vijf uur weg. Niet iedereen houdt daarvan.
Als ik naar Ameland ga dan krijg ik gelijk dat gevoel van vrijheid dat ik als kind ook had op het eiland. De vrijheid van heerlijk buitenspelen, paardrijden en spelen in de zee en op het strand. Dat vond ik echt geweldig! Ook de gezelligheid bij mijn oom en tante en hoe alles net anders is dan thuis. Dat gevoel is altijd gebleven en als ik nu in de auto stap op weg naar Ameland dan voel ik dat meteen weer.
Tegelijkertijd voelt het ook als thuiskomen. Ik kom er natuurlijk al lang, mijn familie woont daar. Dus als ik door Hollum fiets zegt iedereen mij gedag. Meestal verblijf ik op een vast plekje, huisje Om Suien, het laatste huisje van de Zuiderlaan. Dat is echt zo’n Amelander huisje met een heerlijke nostalgische jaren ‘70 inrichting die mij aan mijn jeugd doet denken. Midden in een weiland met schaapjes eromheen. Door het ene raam kijk je op de Waddendijk, door het andere naar de duinen en weer een ander raam geeft uitzicht op Ballum. Als ik weg ga heb ik altijd buikpijn. Het liefst zou ik gewoon blijven.’
Aan het einde van de wereld
‘Op het eiland geniet ik vooral van de natuur. Ik mag graag op het wad vogels kijken met mijn verrekijker. Dan spot ik de kiekendief en allerlei roofvogels. Vooral de lepelaar is fantastisch om te zien. Ik ben geen echte vogelaar, die alles opzoekt in een boekje. Maar het geeft me ontspanning. Mijn favoriete plek is Het Oerd en De Vennoot. Waar je zo heerlijk tussen de koeien en schapen door loopt. De rust daar en de natuur, zo stil. Een beetje alsof je aan het einde van de wereld bent. Daar voel ik me echt volkomen kalm en gelukkig.
Het beste dat je, mijns inziens, dan ook kunt doen op Ameland is een fiets huren en het eiland ontdekken, fietsend of wandelend. Lekker uitwaaien op het strand en vervolgens ergens gaan eten. Ik heb werkelijk nog nooit ergens slecht gegeten op Ameland, dus volgens mij kun je rustig overal naar binnen lopen. Ameland is klein dus je kunt makkelijk alle dorpjes bezoeken. Ieder dorpje heeft weer zo zijn eigen charme en leuke dingetjes.
Als je het leuk vindt om de geschiedenis van Ameland in te duiken dan is het een goed idee om naar museum Sorgdrager in Hollum te gaan. Zij doen ook weleens van die free tours door Hollum of Nes, waarbij een gids je dan allerlei interessante weetjes en feitjes over de huizen en de geschiedenis vertelt. Dan leer je Ameland en het verleden van het eiland goed kennen.’
Woon jij op Ameland en heb je een bijzonder verhaal te vertellen voor een van onze rubrieken of ken je iemand met een goed Ameland verhaal die dat graag met ons wil delen? Laat het ons dan weten via info@persbureau-ameland.nl
Ik zou ook wel eens mijn verhaal over Ameland willen vertellen…mijn jonge jaren ..de eerste keer was ik er in 1957 toen mijn oma was overleden( Janke de Jong), later de avonturen op camping Kleinvaarwater…mijn eerste vriendinetje die ik daar ontmoete, het vissen op het wad met het botwan lijntje met Ooms en Tantes, de wandeltochten heel vroeg over het venoot naar de bunker op het oerd….jaren van groot genot en veel,.. heel veel mooie herinneringen .