Tip
Een tip of adverteren? Neem dan contact op met info@persbureau-ameland.nl.
Jenny Visser: ‘Soms is het beter dat iets een droom blijft’
In de rubriek ‘Verliefd op Ameland’ praten we met mensen die hun hart verloren zijn aan het eiland of aan iemand op het eiland. Mensen die voor de liefde naar het eiland zijn gekomen of mensen die uit liefde voor het eiland elk jaar weer terugkeren. Vandaag vertelt Jenny Visser (63) over haar liefde voor Ameland, het eiland waar zij zo’n bijzondere band mee voelt .
‘De eerste keer dat ik op Ameland was, is zo’n veertig jaar geleden, toen ik 22 of 23 jaar was. Met een stel jongeren vertrokken we met een oude bus naar het eiland. Achterin lag de tuinset van de predikant. We waren onderweg naar zijn huisje in de duinen. Als wij de tuinset meenamen, mochten we het huisje en de fietsen gebruiken.
We gingen in de eerste drie weken van september, dus veel was dicht, zo aan het staartje van het seizoen. Maar wij genoten met volle teugen. We maakten eindeloze wandelingen over het strand, gingen naar Nes Café om daar spelletjes te doen en er was nog een discotheek geopend in Buren, nu zit daar de pizzeria. Daar was bijna nooit iemand, maar wij hadden het toch gezellig. Op onze laatste dag op het eiland werden we uitgenodigd voor het eindfeest in de tent, dat wordt georganiseerd voor alle horecamensen om het seizoen af te sluiten. Dat was ook ontzettend leuk.’
Een jeugdherberg op Ameland
‘Die eerste keer op Ameland voelde het precies zoals ik me had voorgesteld. Het voelde als thuiskomen. Hoewel ik nog nooit eerder op het eiland was geweest voelde ik mij bij voorbaat al verbonden met Ameland. Ooit werd mij, toen ik zestien was, gevraagd wat ik later wilde worden. En toen zei ik, zonder ook maar een moment te twijfelen, dat ik een jeugdherberg wilde beginnen op Ameland. Terwijl ik er nog nooit geweest was. Waar dat verlangen naar Ameland vandaan komt weet ik nog steeds niet.
Ik ben geadopteerd en heb uitgezocht waar mijn familie vandaan komt. Toen ik ontdekte dat mijn vader geboren is in Moddergat, dacht ik heel even: dat is het! Want er is ook een Moddergat op Ameland. Maar het bleek Moddergat aan wal te zijn. Mijn familie is dus wel Fries en mijn roots liggen dicht bij de Waddenzee. Misschien dat dit mijn band met het Waddeneiland verklaart. Ik heb gewoon altijd het gevoel gehad dat ik op Ameland thuishoor.’
In het moment leven
‘Inmiddels kom ik al jaren op het eiland. Ik ga elk jaar wel een keer alleen, maar ook vaak met een of twee van mijn vier dochters. Mijn oudste dochter is dubbelgehandicapt en afhankelijk van een rolstoel en zorg, dus het lukt helaas niet altijd om met haar naar het eiland te gaan.
De eerste keer dat ik weer op Ameland kwam, na die geweldige drie weken als twintiger, was toen mijn tweede dochter vier jaar was. Ik ben toen, totaal onvoorbereid, voor het eerst samen met haar gaan kamperen. Met een enorme rugtas op mijn rug gingen we naar Buren, naar camping Klein Vaarwater. Ik lag op dat moment in scheiding en wilde voor mezelf bewijzen dat ik sterk en onafhankelijk was. Dat ik het ook allemaal wel alleen af kon. En dat kon ik ook!
Het was geweldig. Ik had geen horloge of klokje mee, dus geen flauw benul van tijd. Als we wakker waren en het was mooi weer, dan gingen we naar het strand. Pas veel later kwamen dan alle badgasten. Ik had geen mes of blikopener mee, dus het was allemaal behelpen en inventief zijn. Het was midden in de zomer, dus we genoten van de zomeravonden die zo lang licht bleven. Alleen de laatste nacht hebben we in een jeugdherberg geslapen omdat het toen enorm ging stormen. Ameland voelde toen al als mijn veilige haven en dat is altijd zo gebleven. Als ik iets moet verwerken dan ga ik ook altijd naar het eiland.
Dit is voor mij de enige plek waar het mij lukt om mijn hoofd leeg te maken. Op het eiland denk ik helemaal niet na over gisteren of morgen. Ik leef dan echt in het moment.’
Tatoeage
‘Ik heb geweldige herinneringen aan het eiland. Het zijn vooral de kleine dingen die mij heel erg zijn bijgebleven en die ik koester. De leukste tijden op het eiland heb ik beleefd toen ik samen ging kamperen met mijn dochter, mijn zus en haar dochter. Op Duinoord zetten we dan de tentjes met de openingen naar elkaar toe. Gewoon de gesprekken die je dan met elkaar hebt terwijl de kinderen ravotten in de duinen, het zorgeloos over het strand slenteren. Kinderen hoeven vaak helemaal niet geëntertaind te worden als er zand en zee is.
Ook weet ik nog goed dat er een vliegtuig gestolen was aan de wal, een oude Dakota, dat was neergestort in de zee bij Ameland. De schijnwerper van de zoekende helikopter bescheen onze tent en mijn dochter en mijn beste vriend hebben later de wrakstukken nog gezien in het water.
Hoe magisch was het ook, om met die meiden op de platte wagen met de trekker naar het Oerd gereden te worden waar ze zeehondjes zagen. Of met een trekker door het dorp naar de paardenreddingsboten, terwijl de oude man die de trekker bestuurde geëmotioneerd over de oorlog vertelde. Net als de oude man die ik ooit op Ameland in de duinen trof, die tijdens de oorlog het telefoonnet veilig hield op Terschelling. Zo herinner je je mooie ontmoetingen en flarden van gesprekken die je altijd bij blijven.
Net zoals het wapen van Ameland altijd bij mij is, want dat staat op mijn linkerschouderblad getatoeëerd. Zo diep gaat de liefde voor Ameland.’
De volgende generatie
‘Als ik op Ameland ben, dan zijn er verschillende plekken waar ik altijd naar toe ga. Zo is het strand van Nes favoriet. Er is daar een plekje in de duinen waar je helemaal geen bebouwing ziet, maar alleen water en duinen. Daar zit ik graag om naar de zonsondergang te kijken.
Ook het Oerd is schitterend, met het prachtige uitzicht op de uitkijkplek.
De laatste jaren ga ik steeds meer de kant van de vuurtoren op. Het strand bij Nes en Buren is fijner, wat praktischer is met kinderen. De andere kant op is het allemaal wat ruiger.
Waar ik naartoe ga is ook wel afhankelijk van met wie ik ben, want mijn beste vriend wil graag langs het wad fietsen, maar mijn dochter fietst liever door de duinen. Ik vind alles mooi, dus wat mij betreft is alles prima.
Inmiddels is de liefde voor Ameland echt van de ene op de andere generatie overgegaan. Want ook de kleinkinderen zijn helemaal verzot op de zee en alles wat Ameland is. Ik neem dan ook wel graag Ameland souvenirs voor ze mee, zoals shirtjes met Ameland erop.
Als we op het eiland zijn, moeten we ook altijd ijs eten bij De Jong in Nes. Hun zelfgemaakte ijs vinden wij echt het lekkerste. En het vismenu bij Metz is ook favoriet en net zo onmisbaar als een zonsondergang vanaf het terras bij Sjoerd. Maar met opgroeiende kinderen kook je toch meestal gewoon zelf.’
Een prachtig toevluchtsoord
‘Kamperen doe ik tegenwoordig niet meer. We verblijven meestal bij Hotel Bosch en Duinzicht. Daar vind ik het heel prettig en het appartement is rolstoeltoegankelijk, wat noodzakelijk is voor mijn oudste dochter. Ze zijn daar ook erg behulpzaam. Het kan namelijk best een georganiseer en een uitdaging zijn. Zonder de nodige hulpmiddelen lukt het ook gewoon niet. Zo hebben mijn dochter en ik ook weleens een nacht in Hollum in het bejaardenhuis doorgebracht, omdat er geen aangepast bed was op de plek waar wij zouden verblijven.
Gelukkig zijn de Amelanders heel gastvrij en bereid om te helpen. Ik vind het ook heerlijk dat ze zo authentiek zijn en lekker eigenwijs vasthouden aan hun eigen gewoontes, zoals de winkels dicht op zondag en niet alles aanpassen aan het toerisme. Zo blijft het eiland lekker eigen.
Want het is gewoon zo mooi, Ameland. Mensen die er voor het eerst naar toe gaan raad ik dan ook aan om vooral gewoon om zich heen te kijken, het hoofd leeg te maken en in het hier en nu te zijn. Kijk om je heen, sta stil en dan zie je pas echt hoe mooi het is.’
Fantaseren
‘Mijn droom om ooit op het eiland te wonen en een jeugdherberg te beginnen heb ik niet verwezenlijkt. Als ouder pak je toch niet zomaar jouw leven en dat van je vier dochters op om op een eiland te gaan wonen. Zij hebben allemaal hun eigen leven en voor mijn oudste dochter is er op Ameland ook geen woonvorm voor mensen met een beperking. Ik heb er wel eens over nagedacht om zoiets op te gaan zetten, samen met andere ouders van kinderen met een PGB. Maar ook dat bleef bij fantaseren. Mijn oudste dochter vindt het op Ameland echt heerlijk, maar nu ik wat ouder word, weet zij ook dat de zorg zwaarder wordt en dat een hele week op het eiland helaas niet meer lukt.
Soms is het misschien ook beter dat het bij dromen blijft. Dan blijft de perfecte fantasie van hoe het zou zijn intact. Daar kan de werkelijkheid waarschijnlijk toch niet tegenop. En zo behoud ik mijn prachtige toevluchtsoord, mijn veilige haven: Ameland.’
Woon jij op Ameland en heb je een bijzonder verhaal te vertellen voor een van onze rubrieken of ken je iemand met een goed Ameland verhaal die dat graag met ons wil delen? Laat het ons dan weten via info@persbureau-ameland.nl