Tip
Een tip of adverteren? Neem dan contact op met info@persbureau-ameland.nl.
Lenie in clinch met Imares
PIETERBUREN – Lenie ‘t Hart van de zeehondencrèche in Pieterburen is het niet eens met Imares. Het onderzoeksinstitut beweert dat de Waddenzee aan haar plafond zit wat betreft de zeehonden. Meer kan de zee niet aan. Lenie ‘t Hart is het daar helemaal niet mee eens. Zij schrijft: “Het échte verhaal over zeehonden,” en verder:
“In de media is een bericht verschenen ‘dat de zeehondenstand in de Nederlandse Waddenzee aan zijn plafond’ zou zijn. Dat is een uitspraak van onderzoeksinstituut Imares. De tellingresultaten van dat instituut lijken als een jojo op en neer te gaan: de ene keer zijn er teveel zeehonden en ‘gaat het fantastisch met de zeehond’, maar dan weer worden er 12% minder dieren geteld en ‘zit de zeehond aan zijn plafond’. Het probleem is dat niemand (buiten de Imares onderzoekers) kan controleren op welke gegevens en technieken deze cijfers zijn gebaseerd. De telmethode is niet transparant, de basisgegevens zijn zelfs met een ‘Wet Openbaarheid Bestuur (WOB) procedure’ niet boven water te krijgen en dus niet te controleren. Toch brengt Imares deze bewering over ‘de zeehond aan zijn plafond’ in het nieuws, zonder daarvoor zelfs ook maar enige wetenschappelijke onderbouwing te hebben.
Wetenschappelijk onderzoek van medewerkers van de Zeehondencrèche onder leiding van Prof. Ab Osterhaus van de Erasmus Universiteit te Rotterdam heeft aangetoond dat de gehaltes aan vervuilende stoffen in zeehonden in de Waddenzee in de afgelopen decennia niet echt zijn teruggelopen De proefschriften die de crèchemedewerkers Peter Ross en Rik de Swart in 1995 over dit onderwerp hebben geschreven en waarin werd aangetoond dat het afweersysteem door vervuilende stoffen slechter functioneert, zijn sindsdien leidend in de wereld. De conditie van de gewone zeehond in onze Waddenzee is nog steeds heel zorgelijk. Het proefschrift van Jolianne Rijks (2008), gebaseerd op het door de crèche opgezette massale onderzoek naar de virusepidemie van 2002, toonde aan dat vervuilende stoffen nog steeds, weliswaar in andere samenstelling, in minstens even grote hoeveelheden in zeehonden voorkomen.
Commentaar van Ab Osterhaus op de stelling van Imares over ‘de zeehonden zijn aan hun plafond’: “Er zijn vele antropogene invloeden die de zeehonden in de Waddenzee bedreigen en een volgende ziekte- uitbraak ligt op de loer. Het is niet de vraag óf er een nieuwe uitbraak van het zeehondenvirus komt, maar wannéér.”
Commentaar van Lenie ’t Hart: “Waarom zijn we niet gewoon blij dat we nog zeehonden hebben? Op veel plaatsen in de wereld gaat de zeehondenstand hard achteruit: in het Verenigd Koninkrijk met meer dan 10% per jaar. Op het “zeehondenparadijs” Sable Island (Canada) dreigt de gewone zeehond te verdwijnen. Wij blijven de vinger aan de pols houden van de zeehond in de Waddenzee. Dankzij onze opvang kunnen we dit wetenschappelijk onderzoek doen.”
Veruit het grootste deel van het wetenschappelijk onderzoek dat in Nederland op zeehonden is gedaan, is uitgevoerd door medewerkers van de Zeehondencrèche onder leiding van Ab Osterhaus. Op dit moment voeren wetenschappers van de crèche samen met de Universiteit Leiden een onderzoek uit naar longwormen. Dit project is het eerste crècheonderzoek dat door de overheid wordt gefinancierd. Al jaren pleit de Zeehondencrèche voor samenwerking met Imares – o.a. bij de (kostbare) telvluchten -, maar dit is altijd afgewezen. Er zijn in de afgelopen jaren veel meer publicaties van crèchemedewerkers over zeehondenonderzoek in (peer reviewed) wetenschappelijke tijdschriften verschenen dan van Imares onderzoekers over zeehonden.
Door met deze berichtgeving over ‘de zeehond is aan zijn plafond’ de publiciteit te zoeken vormt Imares een gevaar voor zeehonden in de Waddenzee; de opstelling van dit instituut is schadelijk voor de zeehonden en hun toekomst.
Het wordt tijd dat de politiek hier ingrijpt en voorkomt dat Imares doorgaat met het debiteren van dergelijke, niet onderbouwde veronderstellingen. Vooral omdat deze berichtgeving veel consequenties heeft. Imares is tenslotte wél het instituut dat steevast als enige door de overheid wordt aangewezen om onderzoek naar zeehonden te doen bij aanvragen van bouwactiviteiten aan de kust van de Waddenzee. Het is dit onderzoeksinstituut dat door de overheid wordt gefinancierd om informatie over zeehonden te verstrekken op basis waarvan beleid wordt gemaakt.
Maar hoe kan beleid gemaakt worden op niet-onderbouwde veronderstellingen?”