Extra bijdrage voor oliemolen Phenix

BALLUM – Naast de reeds toegezegde subsidie van 75.000 euro van de gemeente aan Stichting Amelander Musea (STAM) voor de oliemolen bij molen Phenix in Nes, vraagt de STAM nog eens een bijdrage van 15.250 euro voor een overkapping. De totale subsidie voor het project komt zo op 90.250 euro. Gezien de meerwaarde van het plan is de gemeente bereid dat geld over te maken. Van het hele plan draagt de STAM 75 procent van de lasten. Voor de overkapping worden de kosten gelijkelijk verdeeld tussen STAM en gemeente. Tenminste als de raad akkoord gaat met de extra bijdrage. Dat wordt in de raadsvergadering van 25 januari afgetikt.

Het verzoek om extra geld doet raadslid Hanneke Wansink (AmelandEén) afvragen waar subsidieplafond eigenlijk zit. Ook Jeroen de Jong (CDA) wil weten waarom er om meer geld wordt gevraagd. Het antwoord komt van wethouder Piet IJnsen. De aannemer die de oliemolen en het bezoekerscentrum onder de Phenix zou bouwen overleed en de erfgenamen durfden daarna het project niet meer aan. Er werd een andere aannemer gevonden, maar al met al bracht dat hogere kosten met zich mee.

Het plan betreft een oliemolen die wordt aangedreven door de Phenix. Oliehoudende zaden worden verwerkt tot farmaceutische producten. Er komt verkoop van zeepjes en het hele proces kan in een klein ondergronds bezoekerscentrum worden bekeken. Het concept is te vergelijken met de mosterdmaalderij in molen De Verwachting in Hollum en de verkoop van mosterd in de molen aldaar. Dat loopt als een tierelier. Raadslid Wansink heeft daarom nog één kanttekening. Zij vindt het “lastig” dat er subsidie wordt verstrekt op een activiteit die straks misschien winst maakt.