Ingezonden – Afscheid Ameland

HOLLUM – Een ingezonden mededeling, PA plaatst ze van harte om discussie op gang te brengen, verschillende visies op een zaak te laten zien en om zaken helder te krijgen. De verantwoordelijkheid voor de inhoud van de ingezonden brief ligt bij de afzender. Anonieme en onfatsoenlijke inzendingen worden niet geplaatst.

Siwert Hoogenberg schrijft aan het college van B&W van de gemeente Ameland.

Afscheid Ameland

Geacht College van B&W en Raad van Ameland,

Maandag 29 augustus heeft de gemeenteraad van Ameland definitief besloten geen plekken te creëren voor- en dus afscheid te nemen van- een groot aantal vaste Amelandgasten op Boomhiemke en Ambousen.

Dit besluit leidt tot veel verdriet bij deze trouwe Amelandgangers. Niet alleen de huidige bewoners van de caravans, maar ook de generatie daarvoor, waaronder mijn inmiddels 92-jarige vader die wegens afnemende gezondheid niet meer op Ameland kan komen. Hij is ruim 30 jaar een trouwe gast geweest op het eiland en heeft zich in die tijd met hart en ziel ingezet voor de Amelander gemeenschap. Zo heeft hij het paardengraf geschonken en het monument ter nagedachtenis aan het vergaan van het Hollandse fregatschip 'De Valk' kosteloos verzorgd. Een mooi verslag hiervan vind u hier.

Deze gebaren werden destijds ook door de bestuurders van Ameland bijzonder gewaardeerd en het doet hem bijzonder veel verdriet om te zien hoe nu zijn kinderen en kleinkinderen niet tot in lengte van jaren hiervan mogen blijven genieten. Alle eventueel nieuwe ontwikkelingen zijn door de gemeente van tafel geveegd, een harteloos besluit maakt een eind aan deze recreatie mogelijkheid. Wij worden nu gedwongen het van mijn ouders overgenomen plekje op Ambousen te ontruimen. Na beluistering van de raadsvergadering van afgelopen week is de neiging wel erg groot om gelijktijdig met de andere spullen deze 2 monumenten ook maar in te laden en terug naar Apeldoorn te brengen. Het is spijtig om te zien hoe het gemoedelijke eiland Ameland hard aan het veranderen is tot een zakelijk, alleen op geld gericht recreatieoord.

Natuurlijk kunnen de bestuurders zich verschuilen achter het gegeven dat het aan de ondernemers is hun recreatieparken op een andere wijze te leiden, maar een goed en verantwoordelijk bestuur zou ook moeten kijken naar de gevolgen die dit op termijn heeft voor de betrokkenheid van de gasten bij het eiland. De verandering van het kleinschalige recreëren naar de grootschaligheid zoals die zich nu ontwikkelt op Ameland zal op termijn leiden tot ontwikkelingen waar niemand blij van wordt behalve de investeerders die op grote afstand alleen naar de kille cijfers kijken zonder directe betrokkenheid bij de lokale cultuur en geschiedenis.

Ondertussen kan Ameland goede ‘SIER’ blijven maken met deze monumenten, maar er is geen plek meer voor de mensen en hun familie, die met hart en ziel aan het eiland verknocht waren.

Hoogachtend,

 

Siwert Hoogenberg