G-Ameland, heel hard werken met plezier

BUREN – Van ’s ochtend vroeg tot diep in de nacht zijn meer dan honderd studenten en game-ontwikkelaars op Ameland bezig met hun prototype. Vrijdag 10.00 uur moet het klaar zijn en alle groepen willen winnen. De wedstrijd is een belangrijk onderdeel van G-Ameland, het internationale game festival op Ameland. Sinds maandag strijden programmeurs, ontwerpers en componisten met elkaar om de overwinning: de beste game die moet gaan over het eiland.

Stefan Terwijn, Mark de Jong, Maurice Mulder en Mats Nijssen vormen samen een team. Ze zijn alle vier tweede jaars student Communication & Multimedia Design van de Noordelijke Hogeschool Leeuwarden. Het enthousiasme straalt eraf. Het is tien uur ’s avonds en ze hebben er al een ochtendsessie met workshop, een drukke middag en een workshop van 19.30 tot 22.00 uur opzitten en nog hebben ze energie om tot in de kleine uurtjes hun game verder te ontwikkelen. Het basis idee staat. De eerste tekeningen zijn gemaakt. Ze hebben een spel bedacht met 5 levels, waarin de speler het eiland vorm kan geven met huizen, kerken, gasboorinstallatie, hotels en duinen. Elk spelniveau behandelt een dorp en het eerste level gaat over het verdronken dorp. “Hoe heet het dorp dat onder water verdween ook alweer?” Sier. Maurice schrijft het meteen met een rode stift op een flap. Sier krijgt een plekje in het spel. De speler kan kiezen voor inkomen of natuur, toerisme of rust. 
De jongens  zijn optimistisch. Ze redden het wel voor vrijdag 10.00 uur en ze hopen dat ze winnen want dan wordt hun spel in productie genomen en wordt het een onderdeel van het nieuwe Kennis- en Innovatiecentrum in Nes.
Joop de Jong, directeur van de Amelander musea, heeft een inleiding gehouden over Ameland en daarmee het onderwerp van de games afgebakend. Het moet over het eiland gaan. "Inspired by the Island" is het thema voor het spel dat geschikt moet zijn voor middelbare schooljeugd en gezinnen met schoolgaande kinderen. Het moet educatief en interessant zijn, heeft De Jong laten weten. Het team kan er zelfs duizend euro per persoon mee winnen. Een deskundige jury, samengesteld uit coryfeeën op het gebied van game-ontwikkeling, beoordeelt de resultaten. Het winnende team wordt vrijdag aan boord van de veerboot tijdens de terugreis bekendgemaakt.

De deelnemers zitten in vakantiehuisjes. Naast het glas cola staat de laptop op tafel. Stefan ontwerpt een huisje dat Mats vervolgens van schaduw en details voorziet. Mark programmeert en Maurice maakt de spelonderdelen van het menu en de knoppen. Papieren met het concept zijn op de muur en de trap geplakt en het gaat voorspoedig, maar er gaat veel meer tijd in zitten dan ze hadden gedacht. Dat wordt wel een uur of 2, 3 misschien 4 voor ze op bed liggen en morgenochtend om 8.30 staat het ontbijt klaar en daarna is er weer een workshop. Ze zien niets anders van het eiland dan de route tussen bungalow en hoofdgebouw van recreatiepark Klein Vaarwater. Tijd voor een bezoekje aan het strand gunnen ze zich niet. Dat is jammer maar niet erg, want ze vinden het geweldig om hier de grootste experts ter wereld te ontmoeten. De professionele game bouwers zijn aan een team gekoppeld als team captain. ”We leren heel veel van hun aanwijzingen,” zegt Maurice Mulder.

Arno Manders, Roy Hornstra en Bart van der Hoeven vormen met hun drieën een al even enthousiast team. Professional Jelmer Boksma heeft net zijn workshop ´Digitaal beeldhouwen´ afgerond. De jongens kijken vol bewondering naar de verrichtingen van Boksma die via een beamer laat zien hoe hij het gezicht van een avatar in laagjes opbouwt. Hun spel gaat over een zeehondje dat rond het eiland zwemt, vist en onder water verdronken dorpen tegenkomt. “Hoe heet dat dorp dat is weggespoeld ook alweer?” vraagt Roy. Tijd voor historisch onderzoek of museum bezoek is er nauwelijks, dus vraagt hij het de Amelandse journalist. Sier. Het zeehondje komt onder water Sier tegen. Het team van Arno, Roy en Bart heeft er alle vertrouwen in dat hun spel als beste uit de bus komt. Ze willen heel graag dat hun game straks op de computer in de hal van het Kennis- en innovatiecentrum draait. En als dat niet lukt hebben ze alvast een mooi spel voor hun portfolio.