Tip
Een tip of adverteren? Neem dan contact op met info@persbureau-ameland.nl.
Bultrug versleept en ontleed
HOLLUM – De dode bultrug die gisteren naar het strand van Ameland werd gesleept wordt vandaag door medewerkers van Naturalis Leiden ontleed.
Met messen snijden ze in het spek en met haken slepen ze spek en vlees weg. De eerste snee wordt rond het geslachtsdeel van het dier gezet. De bultrug is een mannetje. Het stuk met de penis wordt verwijderd en bewaard. De weke delen gaan naar een destructiebedrijf en het skelet wordt geprepareerd. De pokken die op de snuit van het dier zijn gegroeid worden zorgvuldig met huid en al van de bultrug gesneden en in potjes bewaard. De delen gaan mee naar Leiden voor onderzoek.
De bultrug is acht en een halve meter lang. Het is een jong exemplaar met weinig spek onder de huid. Hij ziet er mager uit, vindt ook Cor Gransbergen uit Nes. Gransbergen is een van de Amelanders die in de jaren 50 ter walvisvaart ging. In 1951 zat hij een jaar op de Willem Barentsz en daarna nog negen jaar op een jager. In die tijd vingen ze honderden walvissen. Gransbergen begon als ‘spekkieboy,’ de laagstbetaalde jongen die met een haak de stukken spek weg moest slepen. Hij heeft zich daarna opgewerkt tot meester van de kombuis.
De Nederlandse walvisvaarders noemden de bultrug ‘oliebol,’ vertelt Gransbergen. Het zijn dikke beesten die langzaam bewegen en waar maar vier dagen per jaar op gejaagd mocht worden. Vinvissen zijn groter, maar ook veel sneller en wendbaarder. Die schieten weg als haringen, weet de oud-walvisvaarder te vertellen. “Ze zijn speels en soepel als een haring.” Gransbergen gruwt dan ook van de betonnen vinvis die voor het Natuurcentrum Ameland staat. De vorm is helemaal verkeerd. Het dier, dat een expositieruimte in zijn buik kreeg ingebouwd, is veel te plomp, vindt hij.
Een oliebol van minder dan 30 voet mocht niet worden gevangen. De inspectie aan boord zag daar op toe. De bultrug die op het Amelander strand terecht is gekomen is een ondermaats dier. Hij meet ongeveer 28 voet. In de tijd van de Nederlandse walvisvaart hadden Gransbergen en de zijnen dit exemplaar niet mogen harpoeneren.
Of de bultrug van Ameland als skelet op het eiland terugkomt is nog niet bekend. Hij wordt eerst onderzocht en geprepareerd. Pas daarna wordt bepaald of hij in het Natuurmuseum van Leeuwarden belandt, in Leiden blijft of in het Natuurcentrum van Ameland wordt geëxposeerd. Het skelet van een aangespoelde potvis hangt daar al.
