Molen zonder wieken

NES – De Phenix, de molen van Nes, staat sinds vorige week zonder wieken. De top is van de molen gehaald om grondig te worden gerestaureerd. De Phenix krijgt een nieuwe actieve functie en er is heel wat onderzoek en overleg gepleegd om te kijken wat dat dan precies moet worden. Een molen hoort te draaien en het rijksmonument uit 1880 stond te vaak stil. De staat waarin de molen verkeert is slecht en de functie als korenmolen is maar zeer beperkt. In de huidige situatie is de windvang ook niet optimaal meer. De bebouwing om de molen is opgerukt en de bomen zijn steeds hoger geworden.

Voor deze herbestemming is Stichting Amelander Musea (STAM), beheerder van de molen, met de Hollandsche Molen, gemeente Ameland, Rijksdienst Cultureel Erfgoed, architectenbureau WAT, bouwbedrijf de Molenmakers en haar eigen mensen (bestuur en vrijwilligers) plannen gaan uitwerken die tot een herbestemming moeten leiden. Dat is op een oor na gevild en zodra dat rond is gaat het plan in procedure (RO). De molen wordt gelift, uitgebreid en er komt een olie maalinstallatie in de kelder die in het opgehoogde duin wordt gebouwd. "We willen daar farmaceutische producten gaan ontwikkelen met olie van planten die op Ameland bloeien en groeien. De Universiteit Wageningen heeft daar voor ons een prachtig onderzoek voor uitgevoerd," laat directeur van de STAM Joop de Jong weten. Voorbeelden van producten die in de molen vervaardigd gaan worden zijn duindoornzalf en korenbloemzeep. De STAM hoopt na de zomer het project afgerond te hebben.

Vooruitlopend op de herbestemming wordt de molen al gerestaureerd. Daarvoor hebben is een flinke subsidie ontvangen van Vereniging de Hollandsche Molen. De werkzaamheden zijn in december 2018 al gestart. Op 30 januari 2019 werden top en wieken van de molen gehaald. De opknapbeurt is begroot op zo'n half miljoen euro. Het Rijk draagt 90.000 euro bij. Verder komt er 35.000 euro van de provincie Fryslân en dragen Iepen Mienskipsfuns en gemeente Ameland bij. Ook het Waddenfonds is gevraagd om een subsidie. Wat er dan nog rest financiert de STAM zelf.